
Het aantal inschrijvingen overtrof al onze verwachtingen. Samen met de genodigden was de zaal vol en werd het een echte imkersbijeenkomst met volop ruimte voor discussie en kritische vragen.

Varroatolerante volken bestaan écht, ook in Nederland
Aan het einde van de dag kunnen we concluderen dat er ook onder onze populatie bijenvolken varroatolerante volken aanwezig zijn. Het onderzoek van Bijen@WUR op Tiengemeten en in de Amsterdamse Waterleidingduinen laat zien dat volken ook overleven als niet bestreden wordt. In de overlevende volken lijkt de voortplanting van de varroamijt verminderd.
De geringe wintersterfte in de Texelse Apis mellifera mellifera volken lijkt ook verklaard te kunnen worden door een geringe voortplanting van de varroamijt in het broed. Interessant is de opmerking van Romée van der Zee dat een kleine verhouding broednestgrootte/aantal bijen hierin bepalend zou kunnen zijn.
Landbevruchtingsstation in Duitsland
De presentatie van Ralph Buechler laat zien dat door samenwerking van imkers en onderzoekers het mogelijk is om op grote schaal varroatolerante volken te selecteren en te vermeerderen. In Duitsland zijn er nu diverse landbevruchtingstations met vele varroatolerante darrenvolken.
Methoden en erfelijkheid
Uit ander internationaal onderzoek blijkt dat het Varroa-Selectieve-Hygiene (VSH) kenmerk bepaald wordt door 2 genen. Dit gegeven maakt het mogelijk gericht te selecteren op volken met het VSH kenmerk. Essentiëel in het selectie proces zijn de testmethoden waarmee het kenmerk kan worden herkend. De presentatie van Pim Brascamp was hierin helder: voor de imker moet de testmethode eenvoudig en eenduidig zijn. Het onderzoek kan werken met complexere testmethoden. Een en ander zou in de toekomst gecoördineerd kunnen worden door Arista Bee Research, een door Bart-Jan Fernhout opgerichte stichting met als doel het selecteren en vermeerderen van varroaresistente bijenvolken. Arista Bee Research is een ambitieus project dat door DDB van harte wordt ondersteund.
Kritische vragen aan DDB
De presentaties van DDB bestuursleden Egbert Touw en Henk Kok zijn goed maar ook kritisch ontvangen. Voor de selectie van bijenvolken hanteren wij als criterium het aantal mijten dat dagelijks op de varroabodem valt. De verschillen in groei van de mijtval gedurende het seizoen vormen een criterium dat verschillen tussen de volken op één stand zichtbaar maakt. Een geringe mijtval kan aanleiding zijn om het volk niet te bestrijden en hiervan verder te telen.
Op het gebruik van de mijtval/dag als een bruikbaar criterium kwam kritiek: het is veel werk en kan niet door alle imkers toegepast worden. Bovendien is het niet duidelijk hoe de getallen te verwerken en ook het protocol van DDB is niet helder. Kortom, voor ons werk aan de winkel: er is nog veel uit te leggen. In de komende maanden zullen we hieraan extra tijd besteden zodat we tijdens de studiedagen van de NBV hieraan extra aandacht kunnen geven.